De hogere provinciebelasting voor eigenaars van een tweede verblijf aan de kust is disproportioneel. Dat vindt de Raad van State. Vorig jaar leverde de provinciebelasting voor tweede verblijven de provincie West-Vlaanderen nog 12 miljoen euro op, schreef 'De Tijd' vorige week.
Wie in de provincie West-Vlaanderen een tweede verblijf bezit, betaalde de voorbije drie jaar meer belastingen dan een inwoner met een hoofdverblijf. Het gaat om ongeveer 130 euro. Maar die belasting is in strijd met het gelijkheidsbeginsel, oordeelde de Raad van State. Dat betekent dat wie de taks de afgelopen drie jaar betaalde, die kan terugvorderen. En dus dreigt de provincie ruim 36 miljoen euro te moeten terugbetalen.
We zullen het arrest grondig bekijken, maar zijn uiteraard bereid om die tweedeverblijvers terug te betalen, reageert gedeputeerde Jean de Bethune (CD&V). Hij beklemtoont dat mensen daarvoor geen aanvraag moeten indienen: de provincie zal zelf het initiatief nemen. Voor de provincie zou de uitspraak niet meteen zware gevolgen hebben "omdat ze een financieel gezond beleid voert". Maar uiteraard is er wel enige impact op het beleid en bepaalde ambities.
Laatste reacties
Luc Verhoeve
02 juni 2025Geachte ,
Volgt de raad van state dezelfde redenering voor een tweede verblijf in een andere provincie vb brabant
luc.verhoeve@telenet.be