Het Koningin Mathilde Moeder- en kindcentrum (UZA) bestaat tien jaar en vierde gisteren dit jubileum in aanwezigheid van meter Koningin Mathilde. Het centrum brengt sinds 2015 hooggespecialiseerde zorgteams rond moeder en kind samen en vormt een warme plek waar jaarlijks duizenden jonge patiënten en hun naasten terechtkunnen. Meer dan 12.000 baby’s lagen er in die tien jaar voor het eerst in de zorgzame armen van hun ouders.
Sinds de opening op 21 mei 2015 is het centrum gegroeid als pionier in geïntegreerde moeder- en kindzorg. Vandaag is het een academisch referentiecentrum voor de meest complexe aandoeningen bij zwangere vrouwen, pasgeborenen en kinderen. In 2024 registreerde het centrum meer dan 73.000 ambulante contacten – bijna een verdubbeling sinds de opstart. De voorbije tien jaar kwamen er meer dan 12.000 kinderen ter wereld in het Moeder- en kindcentrum.
De kracht van het centrum ligt in de nauwe samenwerking tussen medische genetica, gynaecologie, neonatologie en kindergeneeskunde – met een uitgebreide dienst kinderneurologie –, letterlijk onder één dak. Deze multidisciplinaire samenwerking stelt het centrum in staat om gepersonaliseerde zorg te bieden aan moeders en kinderen, van preconceptie tot langdurige opvolging. Dit volgens het principe van family-integrated care. Ouders en andere zorgdragers worden actief betrokken.
“We behandelen niet alleen ziektes, maar kijken naar het kind en begeleiden ook hun gezin”, zegt prof. dr. Stijn Verhulst, diensthoofd kindergeneeskunde. “We nemen kinderen ernstig als gesprekspartner in hun eigen zorgtraject.”
Verandering in geboortebeleving
Sinds 2018 biedt het UZA als een van de eersten in Vlaanderen de ‘gentle sectio’ aan: een keizersnede waarbij ouders de geboorte bewust meemaken, in alle rust, en met onmiddellijk huid-op-huidcontact. “Dat komt zowel de beleving als de gezondheid van het kind ten goede”, aldus prof. dr. Yves Jacquemyn, diensthoofd gynaecologie.
Het centrum fungeert als expertisecentrum voor complexe en meerlingzwangerschappen. “Jaarlijks worden hier zo’n 150 baby’s geboren na een intra-uterien transport. Daarbij wordt de moeder vanwege complicaties nog voor de bevalling dringend naar het UZA overgebracht vanuit andere ziekenhuizen.”
Ook de afdeling intensieve neonatologie (NICU) evolueerde naar grensverleggende zorg die minder invasief is, met ouders die van bij de start actief betrokken worden. Via kangoeroezorg, muziektherapie en lotgenotencontact in de familiekamer wordt stress verlaagd, met positieve impact op de ontwikkeling van het kind.
We zorgen dagelijks voor kinderen die zo vroeg als 24 weken ter wereld komen. Maar even uitdagend is ouders en hun kind zo weinig mogelijk scheiden. We streven ‘zero separation’ na”, zegt prof. dr. Twan Mulder, diensthoofd NICU. “Het zorgt ervoor dat kinderen van bij de start voelen dat ze een veilige thuishaven hebben en dat ze de wereld kunnen verkennen, maar weten dat ze altijd veilig zijn als ze teruggaan naar hun ouders.”
Topzorg voor iedereen
Tijdens de feestelijkheden overhandigden kinderen een zelfgemaakt kunstwerk – een olifant, symbool voor het centrum – aan Koningin Mathilde, meter van het Moeder- en kindcentrum van het UZA. Ze brachten haar ook een muzikaal eerbetoon, begeleid door de muziektherapeuten.
In de toekomst wil het centrum verder inzetten op internationaal onderzoek, geïntegreerde samenwerking en inclusieve zorg. “Zorg moet hooggespecialiseerd zijn, maar ook bereikbaar blijven voor de meest kwetsbaren,” zegt Yves Jacquemyn, een van de oprichters van het centrum. “Die balans blijft ons kompas voor de komende tien jaar.”
Sterke groei
Het Koningin Mathilde Moeder- en kindcentrum bleef de afgelopen tien jaar groeien in topklinische, tertiaire zorg, dus vooral voor kinderen met de meest complexe ziektebeelden. Met onder meer conventies in diabetes, mucoviscidose, nefrologie, hemofilie, zeldzame metabole aandoeningen, cardiorespiratoire monitoring van zuigelingen, neuromusculaire aandoeningen, kinderheelkunde en AYA-zorg (kort voor Adolescents en Young Adults).
Het UZA maakt ook deel uit van 15 Europese netwerken voor zeldzame ziekten. Mensen met zeldzame ziekten worden hun leven lang opgevolgd in het UZA, maar starten vaak hun traject in het Moeder- en kindcentrum of komen er terecht bij een kinderwens. Voor jongeren met een chronische aandoening is de overgang van kinderzorg naar volwassenzorg vaak een zoektocht. Met transitieraadplegingen onder andere bij cardiologie, neurologie en pneumologie begeleidt het UZA jongeren stap voor stap naar meer zelfstandigheid.
Enkele opvallende cijfers:
Het aantal daghospitalisaties op kindergeneeskunde steeg van 1.196 (2016) naar 3.321 (2024).
Het aantal ambulante contacten op gynaecologie en kindergeneeskunde steeg met bijna 80 procent van 41.068 (2016) naar 73.166 (2024).
Bij de opening werkten 422 zorgverleners in het Moeder- en kindcentrum. Nu zijn ze met 640 collega’s, van wie 197 arts-specialisten.
Bedden:
- Materniteit: 26
- NICU: 28
- Kindergeneeskunde en slaapcentrum: 55